Mannen hebben andere mannen nodig.
Deze blog heb ik in 2012 geschreven n.a.v. mijn eerste ervaring met een karakterweekend van de 4e Musketier in de Ardennen.
Buiten schijnt nu de zon. De natuur maakt zich kleurrijk op voor de herfst. Het is een van die stille oktoberdagen. Ik zit alleen in mijn werkkamer,met pijn in het hart kijk ik vanuit het raam naar buiten. Wat zou ik graag naar buiten gaan. Maar een man kan niet altijd buiten spelen en heeft zijn verantwoordelijkheden binnenshuis. Vorige week schreef ik in mijn blog dat mannen graag buiten spelen. Dit thema spreekt mensen duidelijk aan. Binnen een week tijd was deze blog bijna 250 keer bekeken.
In het afgelopen weekend was ik één van de meer dan 600 mannen die als deelnemer of als medewerker betrokken waren bij het karakterweekend van de 4e Musketier in de Belgische Ardennen.
Toen we aan het eind van een zeer enerverend weekend op zondagochtend in het nevelige ochtendgloren bij een ruïne van een oud kasteel aankwamen was ik bekaf en sprakeloos. Wat heeft dit weekend mij op vele manieren diep geraakt. In eerste plaats fysiek. We hebben vele kilometers gelopen met onze zware rugzakken en we hebben nauwelijks geslapen. Deze ontberingen deden ons beseffen waartoe een mens in staat is en in hoeveel spieren een mens pijn kan hebben. Een tocht door een koude en snelstromende rivier maakte dat ik uiteindelijk niet eens meer wist of ik het nu koud of warm had. De regen die uren achter elkaar doorging maakte dat alles maar dan ook alles nat was. Door het water op ons gezicht konden we ongegeneerd onze tranen laten lopen. Want ook emotioneel kwam dit weekend op een heftige manier binnen. Wat mij raakte was de eerlijke en open sfeer binnen ons team. Er waren momenten van grote vreugde waarin we Gods aanwezigheid mochten ervaren en er waren momenten waarin eenvoudige mannenhumor ons hartelijk deed lachen. Maar ook gesprekken waarin we met onthullende eerlijkheid over eigen kwetsbaarheid en zonde spraken.
Na een intensieve nacht zonder slaap speelden we een spel dat eindigde in één grote veldslag. De makers van de film epos “The Lord of the rings” zouden er jaloers op geweest zijn. Aan weerskanten van een grote weide boven op een heuvel stonden honderden mannen in slagorde klaar voor de strijd. In hun handen een zwaard (bamboestok) en een schild. Wachtend op het signaal dat de strijd gestreden moest worden. Gestreden werd er, vol passie en luid schreeuwend stormden deze strijders op elkaar af. Eerlijkheidshalve moet ik er wel bij vertellen dat ik meer van het lopen en het schreeuwen ben dan van het daadwerkelijke strijden. Maar goed iedere man heeft zo zijn eigen tactiek en strategie. Toen de veldslag achter de rug was liepen de mannen lachend en schouderkloppend terug naar hun kampement. Vol trots toonden we elkaar onze kwetsuren en verwondingen. We telden onze schrammen en builen en voelden ons gezegend.
Van mannen wordt gezegd dat ze solistisch zijn, gesloten, rationeel en competitief. Dit laatste klopt wel een beetje denk ik. Als man vind ik het leuk en uitdagend om me te meten met andere mannen. Maar ik heb in dit weekend opnieuw gezien hoe sterk het verlangen bij mannen aanwezig is om met andere mannen op te trekken, om simpelweg in het gezelschap van andere mannen te zijn. Mannen willen graag buiten spelen en willen dit graag met andere mannen doen. Natuurlijk is het hartstikke goed om met vrouw en kinderen erop uit te trekken. Maar het specifiek iets ondernemen met andere mannen is in mijn beleving van groot belang. Deze ochtend las ik in de krant van afgelopen zaterdag dat uit een onderzoek van de Algemene Onderwijsbond bleek dat het aantal meesters op basisscholen schrikbarend teruggelopen is. In het basisonderwijs is 86 procent van de leerkrachten vrouw. Wat betekent dit voor de jongens die naar zulke scholen gaan? Emeritus hoogleraar pedagogiek Louis Tavecchio zegt dat het vinden van identificatiemodellen buiten het gezin, om te zien hoe je een man moet worden in de cultuur waarin je leeft, heel moeilijk is geworden.
Ook binnen kerken en gemeenten zien we een tendens dat mannen afwezig zijn. Terwijl ook hier mannen elkaar nodig hebben om te ontdekken wat man-zijn is. Christen mannen hebben elkaar nodig om staande te blijven in een samenleving die vaak veel weg heeft van een snelstromende rivier. In een cultuur die aan alle kanten aan je trekt en voortdurend wil dat je met de stroom meegaat willen we staande blijven, volhouden en doorgaan. We willen onze tocht tegen de stroom in volbrengen. Zoals ik hiervoor al vertelde maakten we op zaterdagmiddag een tocht door een koude, snelstromende rivier. Deze tocht wordt de Jabboksworsteling genoemd, verwijzend naar de geschiedenis van aartsvader Jacob bij de Jabbok. Hier was het voor ons een worsteling met de kracht van het water maar bovenal een worsteling met God en met onszelf. De meeste mannen gingen dapper op weg. Individueel waden ze door het water, dit was immers een worsteling die iedere man zelf moest aangaan. Zo had ik ook het verlangen om deze tocht op eigen kracht te volbrengen. Want soms moet je iets helemaal zelfstandig doen. Wellicht een typisch mannelijke behoefte en overschatting van eigen kracht. Want al vrij snel bleek dat dit voor de meesten van ons niet haalbaar was. We zochten steun bij elkaar, reikten elkaar de hand en behoeden elkaar voor uitglijden en vallen. Steun aanbieden bleek direct ook steun krijgen te zijn. We waren ons heel goed bewust dat we elkaars hand en schouder nodig hadden. Twee zijn beter dan één, omdat zij een goede beloning hebben bij hun zwoegen. Want, indien zij vallen, dan richt de een de ander weer op. (Prediker 4:9-10) Zo voltrok zich een hartverwarmend tafereel in een ijskoude rivier: mannen die strompelend en worstelend bij de ander steun zoeken, elkaar waarschuwen voor gladde stenen en verraderlijke stromingen. Deze solidariteit hebben we als mannen ook broodnodig in onze vaak zo kille samenleving! Een situatie heeft mij diep geraakt. Een man was met deze tocht door de rivier begonnen op de slippers van zijn moeder. Hij was deze slippers al binnen enkele minuten kwijt. Op blote voeten ging hij verder, over harde rotsen en scherpe stenen. Huilend, moeizaam maar dapper zette hij zijn tocht voort. Gelukkig was daar de hand van een broeder die hem ondersteunde en later namen een aantal andere mannen het over. Uiteindelijk was deze man zo wijs om halverwege het traject uit de rivier te stappen. Hij kon gewoon weg niet verder. Toen hij kapot en teleurgesteld bij de rivier wegliep was daar ineens een andere man die hem zijn schoeisel aanbood. Zo heeft hij uiteindelijk alsnog het hele traject door de rivier kunnen afleggen. Op een bijzondere wijze werd mij toen duidelijk dat de hulp van een vrouw een man in bepaalde situaties niet verder helpt. Want hoe goed bedoeld ook, op de slippers van zijn moeder kon deze man zijn Jabboksworsteling niet volbrengen. Voor sommige trajecten in het leven heb je als man nu eenmaal de hulp van een andere man nodig. Uiteindelijk heeft hij deze tocht kunnen volbrengen op de stevige schoenen van die andere man.